De nederlaag tegen Union hakte er stevig in bij
Anderlecht. Niet alleen omwille van de uitschakeling in de titelstrijd, maar ook omdat opnieuw duidelijk werd waar het schoentje knelt bij Paars-Wit: de aanvalsleider.
Kasper Dolberg mocht zich dit seizoen met zijn doelpuntenproductie lange tijd als speerpunt van het team profileren. Zijn vier doelpunten tegen AA Gent in de Play-Offs bewezen dat hij het nog steeds in zich heeft. Maar tegelijk werd opnieuw pijnlijk zichtbaar dat de Deen in de allergrootste wedstrijden te weinig brengt. Ook tegen Union SG – een match die net extra vonken vereist – bleef het bij dreigen zonder doortastendheid.
“Ik vond dat we voetballend de betere ploeg waren", verklaarde Dolberg nadien tegenover Het Nieuwsblad. “Er lagen ruimtes en er waren mogelijkheden die we niet benut hebben. Al moesten we meer kansen creëren.” Maar zijn persoonlijke aandeel daarin was opnieuw beperkt. Tegen het fysieke blok van Union vond hij zelden ruimte of steun.
Eiland zonder aanvoer
De kritiek is niet nieuw. Al een heel seizoen klinkt de verzuchting dat Dolberg te vaak op een eiland speelt. De aanvoer stokt, en als de tegenstander hem fysiek opjaagt, verliest hij snel zijn impact. Maar in een ploeg die kampioen wil worden, is er weinig ruimte voor die terugkerende kwetsbaarheid.
Toch blijft zijn totaal van 24 doelpunten indrukwekkend. En net daarom groeit binnen de club het besef dat de zomer het ideale moment is om hem te gelde te maken. Zeker nu een lucratieve transfer van Mario Stroeykens door blessureleed stilvalt.
Dolberg houdt de deur op een kier
Zelf lijkt Dolberg nog niet te weten wat hij wil. “Ik heb er nog niet over gesproken met het bestuur. Dat zal zeker deze zomer gebeuren", zei hij. “Maar ik heb zeker nog niet aangegeven dat ik zeker blijf. Ik ben gelukkig in Brussel. We zullen zien wat er gebeurt. Er is nog geen beslissing gemaakt.”