In het Belgische voetbal duikt één naam altijd opnieuw op wanneer het gaat over grote investeerders:
Marc Coucke. De Anderlecht-eigenaar beweegt al jaren in dezelfde kringen als
Gert Verhulst, maar dat beiden tegelijk op het hoogste mediavlak zichtbaar zijn – Coucke als jurylid bij Mijn Restaurant, Verhulst als vaste waarde op Play – zet hun bijzondere band opnieuw in de schijnwerpers.
Wat opvalt: ondanks het feit dat ze in de entertainmentwereld stevige concurrenten zijn, blijven de twee opvallend hecht. Zo trokken hun families recent nog samen naar Parijs én eerder naar Amsterdam. Het soort uitstapjes waarvoor je normaal gezien tijd maakt met je beste vrienden – niet met je zakelijke rivalen.
Volgens arbeidseconoom én ‘Tafel van Gert’-duider Stijn Baert is die combinatie perfect verklaarbaar. “Professionele rivalen vormen vaker sterke vriendschappen", zegt hij in TV-Familie. “Ze begrijpen de druk waaronder de ander werkt. En belangrijk: er is geen destructieve concurrentie. Plopsaland en Pairi Daiza kunnen naast elkaar bestaan, het succes van de ene hoeft niets af te nemen van de andere.”
Ook sociologisch klopt het plaatje. Beide ondernemers groeiden uit tot multimiljonairs, maar bleven – ondanks de luxe die hun status met zich meebrengt – opvallend trouw aan eenvoudige gewoontes. Een snackbar in Amsterdam, optredens van Herman Van Veen, de liefde voor Vlaamse artiesten… het bindt hen meer dan hun zakelijk gewicht.
Tegelijk blijft Coucke binnen het voetbal een absolute sleutelspeler. Via zijn investeringsvehikel Alychlo pompt hij miljoenen in Belgische bedrijven en is hij eigenaar van RSC Anderlecht. Wat de vriendschap extra bijzonder maakt: achter de schermen zijn Gert Verhulsts Plopsa-theaters en Couckes Witte Paard wel degelijk concurrenten in dezelfde evenementenmarkt.
Toch lijkt geen van beide heren bang voor mogelijke botsingen. “Als er ooit spanningen komen, zullen ze ze meteen oplossen", aldus Baert. “Ze behoren tot de slimsten binnen BV-land.”