Op de Bosuil werd pijnlijk duidelijk hoe broos Racing Genk nog altijd is. Nog voor het uur om was, stond de Limburgse ploeg al met beide voeten op de grond geplakt door een gretig Antwerp. Wat vooral bleef hangen: het totale gebrek aan weerwerk. DAZN ving kapitein Bryan Heynen na afloop op, en zijn zucht vertelde genoeg. “Zij waren gewoon het betere collectief.”
Opvallend, want amper een week eerder leek Genk voorzichtig recht te krabbelen. Een zuinige driepunter tegen OHL bracht de ploeg voor het eerst dit seizoen in de top zes. Maar de hoop op stabiliteit was van korte duur. De uitschakeling in de Croky Cup tegen Anderlecht had mentaal al een kras nagelaten, en in Antwerpen barstte de scheur volledig open.
De start was dramatisch: twee doelpunten binnen een kwartier na fouten van Smets en doelman Lawal. Antwerp rook bloed, Genk verstijfde. Coach
Thorsten Fink zag het met lede ogen gebeuren en legde zichzelf meteen bloot. “Ik heb verkeerd ingeschat wie klaar was”, gaf hij toe, zonder omweg. “We deden té veel fout en kwamen overal te laat.”
Genk staat intussen met 23 op 51 opnieuw op een gevaarlijke koers, met een negatief doelsaldo en een bekerexit als extra last. Toch komt de positie van Fink volgens Het Laatste Nieuws niet ter discussie. Maar dat betekent niet dat de trainer gerust kan zijn. Zijn experimenten – zoals Steuckers op links – pakten slecht uit, en de groep oogt vermoeid en stuurloos.