Met de landstitel binnen bereik droomt
Union van een historische bekroning. Maar in Brussel klinkt tegelijk de waarschuwing: het kan opnieuw fout lopen. Analist
Silvio Proto wijst op een oud zeer dat opnieuw opduikt op het slechtst mogelijke moment.
Sinds de terugkeer naar eerste klasse verbaast Union vriend en vijand. De club uit Sint-Gillis combineerde fris voetbal met een stevig puntenaantal en eindigde telkens in de top van het klassement. Toch liep het steevast mis op het moment suprême. In 2022 was
Club Brugge te sterk in de play-offs, een jaar later rukte Antwerp voorbij in de laatste seconden, en ook vorig jaar greep Union nipt naast de titel.
Dit seizoen is de kans opnieuw reëel. Met nog twee speeldagen te gaan heeft de ploeg van Sébastien Pocognoli alles in eigen handen. Zes punten tegen Antwerp en AA Gent betekenen zekerheid over de landstitel. Maar Club Brugge, dat slechts één punt minder telt, loert op een misstap.
De aanval als achilleshiel
En net daar knelt het schoentje, volgens Silvio Proto. De voormalige doelman uit zijn twijfels over het offensieve vermogen van Union, dat de laatste weken minder vlot scoort: "Tegen Anderlecht waren er amper twee kansen. Tegen Club Brugge en Genk zagen we hetzelfde. Dat baart me zorgen."
Union zal tegen Gent en Antwerp het spel moeten maken, iets wat minder goed ligt bij deze ploeg. De vlotte counters en het snelle omschakelen zijn moeilijker als de tegenstander zich terugplooit.