Bij
Club Brugge heerst er opvallend veel rust richting het slot van de transferperiode. Terwijl elders nog koortsachtig wordt gezocht naar versterking, klinkt het in Jan Breydel dat de belangrijkste taken zijn volbracht. Dat schrijft Het Nieuwsblad.
Door WG
Het bestuur had een duidelijk lijstje met ‘must-haves’. Vooral op de flanken moest er dringend iets gebeuren na het vertrek van Skov Olsen en Talbi. Met Carlos Forbs en Mamadou Diakhon werden daar twee nieuwe namen neergezet. Voorin werd het vertrek van Jutgla meteen gecounterd door de komst van Tresoldi, zodat de concurrentie met Vermant en Nilsson overeind blijft. Op het middenveld kwamen Stankovic en Reis erbij, die de eventuele uittocht van Jashari en mogelijk Onyedika moesten opvangen.
Vertrekkers en cijfers
Niet alleen inkomend, ook uitgaand was het een drukke zomer. De club streek volgens Het Nieuwsblad zo’n 80 miljoen euro op, terwijl er ongeveer 36 miljoen werd uitgegeven. Dat levert niet alleen een stevige bonus op, maar ook de luxe om in de slotweken nog in te spelen op opportuniteiten. Een extra winger kan er eventueel nog bijkomen, al wordt dat niet langer als absolute noodzaak beschouwd.
Naast alle transfers zette Club Brugge ook in op continuïteit. Spelers als Jackers, Spileers, Meijer, Vermant en Tzolis verlengden hun contract. Ook jonge talenten zoals Sabbe en Granados blijven aan boord. Met Lynnt Audoor lopen de gesprekken nog, nadat Union eerder interesse toonde.
Nog een paar vraagtekens
Uitgaand kan er nog wat bewegen. Onyedika wordt in verband gebracht met een vertrek, en ook Ordonez staat in de etalage. Toch wil Club geen vervanger klaarzetten: de kern wordt intern sterk genoeg geacht.
Met andere woorden: de kern van blauw-zwart staat er. De must-haves zijn gehaald, de belangrijkste sterkhouders verlengden, en financieel ziet de balans er uitstekend uit. Club Brugge is klaar voor de laatste rechte lijn van de mercato, met enkel nog ruimte voor onverwachte buitenkansjes.