Jan Mulder blijft een vaste gast aan de voetbaltafels op tv, maar geeft toe dat de vele kilometers die hij daarvoor moet afleggen niet meer vanzelf gaan. In De Morgen schetst hij hoe zwaar het rijden hem tegenwoordig valt.
“Ik ben geen chique treinreiziger, dat duurt me te lang. Dus ben ik een vulgaire automobilist, gedoemd tot een leven in files en op tankstations", vertelt de 80-jarige oud-voetballer. Toch heeft hij daar iets in leren waarderen. “Vooral ’s nachts, als die tankstations bijna verlaten zijn. Die diepe troosteloosheid, de melancholie van degene die achter de kassa zit en er ook geen zin in heeft – prachtig is dat.”
Toch kan hij niet meer dezelfde afstanden afleggen als vroeger. “Lange ritten vallen me steeds zwaarder. Werkzaamheden, verzakte bruggen – het is een verschrikking. Vroeger reed ik in één keer door naar België, maar tegenwoordig moet ik toch wel een paar keer stoppen om mijn benen te strekken.”
Voetbal blijft lokken
Het is zijn deelname aan de voetbalprogramma’s van VTM die hem regelmatig naar België brengt. “Dat voetbalgebabbel, ik vind het fijn om te doen. Ik was al een voetballertje op mijn zesde. De wedstrijdanalyses en tactiek laat ik aan anderen, maar bewonderen doe ik graag. Bovendien is het een goed excuus om toch nog af en toe in Brussel te zijn", besluit Mulder.