Bom onder competitie: Start van nieuwe seizoen in gevaar
Het begon met een opvallende uitzondering voor Jong Genk, maar dreigt nu uit te monden in een juridisch mijnenveld. Verschillende Belgische clubs aanvaarden niet langer dat beloftenteams in de Challenger Pro League een beschermde status krijgen. Een groep professionele én amateurclubs heeft nu beslist naar de Belgische Mededingingsautoriteit te stappen — een ingreep die het hele competitieformat op losse schroeven kan zetten.
Concreet gaat het om een regeling die garandeert dat er minimaal vier beloftenploegen in de tweede klasse actief blijven, ongeacht hun sportieve prestaties. Die regel zorgde ervoor dat Jong Genk, ondanks degradatie, toch in de Challenger Pro League blijft.
Voor clubs als Francs Borains, Lokeren-Temse en Seraing is dat een brug te ver. Zij stappen samen met minstens twee amateurclubs naar de autoriteiten om het format juridisch aan te vechten. Landskampioen Union SG volgt mogelijk met een eigen dossier.
Eén vonnis kan het hele systeem doen kantelen
Het probleem is fundamenteel: als de rechtbank oordeelt dat het beloftequotum concurrentievervalsend is, dan sneuvelt niet alleen dat ene element, maar mogelijk het hele hervormingspakket dat vorig seizoen werd goedgekeurd.
En dan moeten de profclubs opnieuw beginnen: het aantal ploegen in 1A, de licentievoorwaarden, de dalers en stijgers, het hele format zou opnieuw besproken moeten worden.
Start competitie in gevaar?
Volgens La Dernière Heure is zelfs de start van het nieuwe seizoen niet langer zeker. Als de juridische procedures snel gaan en één partij haar gelijk haalt, kan de planning in de war gestuurd worden. In het slechtste scenario ligt niet alleen de Challenger Pro League, maar ook de Jupiler Pro League tijdelijk stil.
De betrokken clubs stellen zich grote vragen bij de sportieve logica. Waarom zou een beloftenteam minder vatbaar zijn voor degradatie dan een club die leeft van haar resultaten? In hun ogen is dit een kunstmatig voordeel dat indruist tegen het competitieprincipe.
