Marc Degryse pakt Wouter Vandenhaute keihard aan: "Hoe durf je?"

Anderlecht sluit dit weekend het seizoen af in Genk, al valt er sportief niets meer te winnen. De vierde plaats is een feit, net als de bittere nasmaak van een reeks nederlagen tegen rechtstreekse concurrenten. Toch liet voorzitter Wouter Vandenhaute onlangs optekenen dat de club “op de goede weg” is. Een uitspraak die bij analist Marc Degryse in het verkeerde keelgat schiet.

Degryse, die het duel tegen Club Brugge in het Lotto Park analyseerde voor Het Laatste Nieuws, neemt geen blad voor de mond. “Hoe kun je spreken van vooruitgang als je in twaalf duels tegen Union, Club Brugge en Genk amper één punt hebt gepakt? Eén gelijkspel in twaalf wedstrijden, dat zijn dramatische cijfers", stelt hij scherp.

De pijnlijke realiteit voor Anderlecht: vijf nederlagen tegen Club Brugge, drie tegen Racing Genk en drie tegen Union. Enkel op speeldag zes kon paars-wit een 0-0 uit de brand slepen tegen Union. Voor de rest was het telkens prijs voor de tegenstander.

Verlies tegen Club als symbolisch dieptepunt
De thuisnederlaag tegen Club Brugge (1-3) afgelopen weekend was volgens Degryse tekenend. Niet alleen door het resultaat, maar ook door de manier waarop Anderlecht zich liet wegzetten. “Dat je als clubvoorzitter dan nog durft spreken over ‘de goede weg’, is moeilijk te rijmen met wat we op het veld zien", klinkt het.

Zondag sluit Anderlecht het seizoen af in de Cegeka Arena tegen KRC Genk. Beide teams weten al waar ze staan: Genk is derde, Anderlecht vierde. De wedstrijd zelf verandert daar niets meer aan, maar voor coach Besnik Hasi en zijn kern is het wel de kans om in mineur of met opgeheven hoofd af te sluiten.

Voor Degryse staat één ding vast: “Als Anderlecht écht vooruitgang wil boeken, dan moet het vanaf volgend seizoen wel beginnen winnen van de grote jongens. Anders blijft het een verhaal van gemiste kansen.”